DE NAMEN VAN GOD
NL
EN
FR
De namen van God
De Heer heeft via Elisabeth Elijah belangrijke informatie
gegeven over de namen waarmee Hij wil aangesproken worden.
Dat is in het bijzonder van belang voor de tijd van de grote
verdrukking die de kinderen Gods zullen meemaken die niet
klaar zijn op het moment dat de Heer komt om Zijn bruid op te
halen. Tijdens de grote verdrukking zal de antichrist zich
namelijk met wonderen en tekenen openbaren als de
wedergekomen “Jezus”. Wie dan nog “Jezus” aanroept, zal dan
in feite de antichrist aanroepen. De Heer waarschuwt met grote
nadruk dat Hij de gebeden die tijdens de grote verdrukking tot
“Jezus” gericht worden, niet meer zal kunnen verhoren. Om
door Hem verhoord te kunnen worden moet men Hem dan
aanroepen onder Zijn Hebreeuwse naam “Jahushua”. Er zijn
verschillende schrijfwijzen in omloop, maar in de naam van de
Zoon van God mag “Jah” (de naam van God de Vader), niet
ontbreken.
De naam van God de Zoon
Toen de engel Gabriël aan Maria de geboorte van de Messias
aankondigde, zei hij welke naam zij Hem moest geven (Lucas
1:31). In de Nederlandse vertaling luidt dit: “Gij zult Hem de
naam ‘Jezus’ geven.” De spelling “Jezus” is via de Griekse
weergave van de Hebreeuwse naam “Jahushua” in onze
Nederlandse vertaling gekomen. Het Grieks, de taal waarin het
Nieuwe Testament is geschreven, heeft namelijk niet de nodige
letters in zijn alfabet om die naam fonetisch exact te kunnen
weergeven. Het Grieks kent bijvoorbeeld geen “h” in het
midden van een woord en heeft geen letter om de klank
“sh” weer te geven. Ook heeft het Grieks een verbuiging van
naamwoorden die het Hebreeuws niet kent. Wellicht heeft ook
dit laatste invloed gehad op de spelling van de naam
“Jezus” (Grieks: Ièsous).
Het Latijn en de westerse vertalingen hebben de Griekse
spelling overgenomen (Iesus, Jesus, Jezus, Jésus, enz.), ook
daar waar de originele naam “Jahushua” fonetisch exact kan
worden weergegeven. Maria gaf haar Zoon de Hebreeuwse
naam “Jahushua”, zoals de engel gesproken had. De betekenis
van die naam, “Jah redt”, is in de meeste vertalingen niet meer
te herkennen.
Verder is de benaming “Christus” afgeleid van de Griekse
vertaling (Christos) van het Hebreeuwse woord voor
“Gezalfde” (Mashiach). De Hebreeuwse naam voor “Jezus
(de) Christus” is dus “Jahushua ha Mashiach”.
De naam van God de Vader
God heeft aan Mozes als Zijn naam bekend gemaakt: “Jahweh,
de God van uw voorvaders, de God van Abraham, de God van
Isaak en de God van Jacob”. En Hij heeft daarvan gezegd:“Dit
is Mijn naam voor eeuwig en zo wil ik aangeroepen worden van
geslacht tot geslacht.” (Exodus 3:15)
Het is dan ook niet naar Gods wil geweest dat de Joden de
naam “Jahweh” als het ware verbannen hebben uit hun lezing
van de Bijbel en uit hun spreken en bidden. God de Vader wil
aangeroepen worden onder Zijn naam Jahweh. De betekenis
van deze naam is: “Ik ben die Ik ben” (Exodus 3:14).
De naam van God de Heilige Geest
De letterlijke vertaling van “de Heilige Geest” is in het
Hebreeuws “Ruach ha Kadosh”, maar de gangbare Hebreeuwse
uitdrukking om de Heilige Geest aan te duiden is “Ruach ha
Kodesh”, wat letterlijk betekent “de Geest van Heiligheid”.
Elisabeth Elijah heeft geopenbaard gekregen en aangetoond dat
de Heilige Geest een vrouwelijke persoonlijkheid is (profetieën
89 en 90). Op haar vraag naar de naam van de Heilige Geest,
maakte Deze Zich als volgt bekend: “Ik ben Mamma Shkhinah,
ik word genoemd ‘Wijsheid’ en in het Hebreeuws de ‘Ruach ha
Kodesh’ en Ik word ook genoemd ‘de Heilige Geest’... Ik ben
uw Heilige Moeder, Ik ben de enige Koningin van de hemel; er
is geen andere... Maria was Jahushua’s aardse moeder, maar
Ik ben Zijn Hemelse Moeder.”
Verder openbaart de Heilige Geest heel veel over Zichzelf en
over Haar plaats binnen de Drieëenheid. Zo zegt Zij: “Zoals
Jahweh de Vader van de eeuwen is, de Eeuwige, zo ben Ik de
Moeder van de eeuwen, de Eeuwige, en zo is Jahushua de
Eeuwige: Wij zijn de definitie van de Eeuwigheid.”
Veel meer is te lezen in het boek van Elisabeth Elijah, getiteld
Secrets of the Holy Spirit. In dit boek vindt u ook de volledige
bewijsvoering dat de Heilige Geest eertijds als vrouwelijk werd
gezien en de verklaring hoe men ertoe gekomen is om haar
mannelijk te gaan zien.
Hier even kort: Het woord voor “geest” is in het Hebreeuws
vrouwelijk (ruach), terwijl het in het Latijn mannelijk is
(spiritus), in het Grieks onzijdig (pneuma) en in de meeste
moderne talen dan weer mannelijk. Via die vertalingen is men
ten onrechte de Heilige Geest als mannelijk gaan zien.
Het woord voor “wijsheid” is, zowel in het Hebreeuws als in
het Latijn, het Grieks, en in de meeste moderne talen
vrouwelijk, en de Wijsheid van o.a. Spreuken 1 en 8 wordt
algemeen als een vrouwelijke persoonlijkheid gezien, maar Zij
werd gaandeweg niet meer geïdentificeerd met de Heilige
Geest.